Lassie

Zoë moet een vogeltje loslaten dat in de kliniek op krachten is gekomen, maar daar heeft ze het moeilijk mee. Haar moeder geeft haar een zendertje waarmee ze het vogeltje, Zuli, kan volgen. Maar dan komt er een sneeuwstorm opzetten en Zuli is nog niet over de bergen!

Zoë en haar vader ontdekken dat er stropers actief zijn in het park. Ze bevrijden een berenjong dat gevangen was, en vangen het thuis op. Maar de stropers vangen het jong opnieuw. Lassie leidt Zoë naar het kamp van de stropers, waar ze samen met Harvey ervoor zorgt dat de stropers gevangen worden.

Zoë en Harvey gaan er samen op uit, richting de Beverkreek. Daar aangekomen ontdekken ze twee goudgravers die grote schade toebrengen aan de natuur door bij de kreek naar goud te zoeken. Zoë moet snel haar vader zien te waarschuwen voordat de goudzoekers nog meer schade aan kunnen richten!

Zoë's tante Kim komt met haar vliegtuig over vanuit Peru. Zoë is heel opgewonden, want ze heeft haar tante lang niet gezien. Samen met Lassie en Erwin gaat ze naar een uitkijkpunt, maar dan zien ze rook.

Zoë en Erwin vinden bij mevrouw Lee een doos met een schatkaart erin. Die is gemaakt door de legendarische Ben Montana, die mevrouw Lee nog gekend heeft. Samen met Lassie gaan ze op pad om de schat te vinden, maar ze worden gevolgd door Nick, die de schat voor zichzelf wil hebben.

Zoë en Erwin gaan vroeg op pad om de langstrekkende wapiti's te zien, maar als ze op de berg zijn, slaat de bliksem in een dorre boom en ontstaat er een bosbrand. Zoë en Erwin besluiten naar de uitkijkpost te gaan om de brand te melden, maar dat betekent wel dat ze ingesloten raken.